Dat blijkt uit de jaarcijfers van energieopwek.nl, stelt de Sociaal-Economische Raad (SER). De raad laat op zijn website zien hoeveel energie er in Nederland uit duurzame bronnen wordt opgewekt. In 2017 werd er 2.100 gigawattuur aan zonne-energie opgewekt. In 2016 was dat nog 1.500 gigawattuur. Windmolens stonden in 2017 garant voor een duurzame energieopwekking van 10.900 gigawattuur, terwijl dat in 2016 nog 7.900 gigawattuur was. Deze stijging is vooral te danken aan de ingebruikname van windpark Gemini, uit de kust van Groningen. De energieopwekking van dit windpark telde in 2017 voor het eerst het gehele jaar mee in de berekeningen.
In Nederland wordt jaarlijks 120.000 gigawattuur aan stroom verbruikt. In 2017 was 10 procent hiervan afkomstig uit zonne- en windenergie. De maand oktober bleek in 2017 de beste maand voor duurzame energieopwekking uit zon en wind: 1.330 gigawattuur. Zo werden op 5 oktober meer dan 900.000 huishoudens van duurzame stroom voorzien. In het huidige Energieakkoord, dat in 2013 werd opgesteld, staat de doelstelling beschreven dat hernieuwbare energie in 2020 een aandeel van 14 procent in de Nederlandse energiemix moet hebben. In 2023 moet dat 16 procent zijn.
Eric Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat, komt dit jaar echter met een nieuw Klimaat- en Energieakkoord op de proppen. Dit vernieuwde akkoord moet in de zomer van 2018 gereed zijn en zou wel eens ambiteuzer kunnen worden. Eerder stelde de minister dat de goedkoopste route in de energietransitie 1 tot 3 procent van het bruto binnenlands product zal kosten. Hij maakt zich daarom zorgen over het draagvlak voor de energietransitie vanuit de Nederlandse bevolking: “Driekwart van Nederland bestaat uit mensen die best zien dat het redelijk is je verantwoordelijkheid te nemen in zoiets als het klimaat. Maar weinigen zijn bereid er iets voor in te leveren.”
Geef een reactie